HAS Hogeschool en insectenkweker Wadudu slaan de handen in elkaar. Samen onderzoeken ze de oorzaken van de spreiding bij de start van de verpopping en hoe de spreiding geminimaliseerd kan worden. In het Insectlab van HAS Hogeschool zijn er tests met temperatuur, verschillende dichtheden en gebruik van verschillende nutriënten. 

 
Spreiding van de verpopping bij meelwormen

Tijdens de opkweek van de meelworm naar meeltor (Tenebrio molitor) zit er veel spreiding in de leeftijd waarop meelwormen verpoppen. Omdat wormen, poppen en kevers regelmatig gescheiden moeten worden neemt deze fase van de kweek veel tijd in beslag. Door de spreiding van de dag van verpopping te verkleinen kan veel tijd bespaard worden. Meerdere factoren kunnen een invloed hebben op de verpopping. Het is bekend dat lagere dichtheden van meelwormen, hogere kweektemperaturen en verschillende nutriënten een vroege verpopping kunnen veroorzaken.  

Er lopen drie experimenten met verschillende dichtheden, temperaturen en voeding. Bij elk experiment wordt gemeten op welke leeftijd de larven verpoppen, het begin- en eindgewicht van de larven en het percentage overlevende larven. Ook het vetgehalte van de larven wordt gemeten bij het voedingsexperiment.  


 

Meer info: Arjan Borghuis - A.Borghuis@has.nl


 
Gekoppelde thema's & sectoren: